
Asfalt en een audioboek
Fietsen van Fabara naar Mequinenza
De oorspronkelijk geplande route was opnieuw ongeveer 70 kilometer lang en liep door een vogelrijk gebied, over de categorie "onverhard pad", met de bijeneter op plaats 4 (van 214 meestvoorkomende vogels daar). Maar deze ochtend heb ik dat plan veranderd. Want in tegenstelling tot Noorwegen kom je hier in noord-Spanje terecht op veel technischer terrein, zo leerde de ervaring van de afgelopen dagen. En daar had ik even helemaal geen zin in. Dus toen ik vanochtend wakker werd was mijn eerste taak: de route die ik nog in Nederland had voorbereid versimpelen: veel meer over provinciale wegen, veel minder dwars door natuurgebieden. Jammer van de vogies, maar anders is het gewoon te zwaar voor me.

De dag begon zonnig met wat sluierbewolking, zou Gerrit Hiemstra hebben gezegd. Met een temperatuur van rond de 15 graden en 0% neerslagkans was het best aardig fietsweer, hoewel de wind met windkracht 4 uit zuid-oostelijke richting hier en daar de lol kan bederven van fietsers die naar het noord-oosten gaan. Goede zonbescherming was aan te raden, want door de koele wind voelde het minder fel aan dan het waarschijnlijk zou zijn. De Deet en de Reactine konden gelukkig in m'n tas blijven, want van hooikoorts was tot nu toe nauwelijks sprake en muggen had ik ook nog niet gelocaliseerd.
Maar ik was wel toe aan een vlakke weg, want de zadelpijn was vandaag op z'n ergst en heftige hobbelige keienpaden kon ik nu echt even niet meer verdragen.
Na vertrek uit het appartement in Fabara was mijn eerste doel: ontbijt en pleisters halen. Een van de blaren op mijn hielen was totaal uit de hand gelopen en daar moet dus wat verstandigs op geplakt worden. Ik slaagde al snel bij de inimini supermarkt Proxim Novedades Fabara, dat een langere naam heeft dan het aantal vierkante meter oppervlak. Daar scoorde ik naast pleisters ook een banaan, twee yoghurtjes, een croissant, een zakje snootjes en een flesje water om de bidon mee te vullen. Met mijn buit fietste ik naar het kerkpleintje iets verderop, om daar in de zon te kunnen ontbijten.
Het stadje uit fietste ik nog een stukje over gravel, een mooi, glad pad gelukkig waar ik even heb gespeeld met de GoPro, voordat ik bij het asfalt aankwam.
Een overzichtelijke fietstocht met een spannend boek

Ik hoefde nog geen 40 kilometer af te leggen vandaag, de weg was prima en nul uitdagend. Dus al snel pakte ik mijn audioboek erbij. Dat was wel luisteren met handicap, want bij elke auto die passeerde of stevige windvlaag was het net te lang onverstaanbaar dat ik toch regelmatig stukken moest terugspoelen. Maar goed, dan heb je wat te doen. En ik genoot van dit boek, dus wilde het graag aandachtig beluisteren.
Overigens nam ik ook wat pauzes om het zitvlak iets van rust te gunnen of mezelf dan weer in te smeren, want de zon was inderdaad verraderlijk vandaag. En steeds als ik stopte hoorde ik "hoep-hoep-hoep" ergens vandaan komen. Even heb ik ook met mijn camera staan zoeken naar de bron van het geluid maar helaas, de hop hield zich verstopt. Verder zag nog een roofvogel van dichtbij met een mooie tekening op de onderkant en mijn eerste ingeving was: rode wouw?
Het hotel had geen receptie, je moest je melden bij de bar. Dus dat deed ik. Het was er een brakke bedoening. Ongeveer alle aanwezigen in het volle barretje (louter mannen) staarden me aan toen ik binnenkwam en de vrouwen achter de bar leken het maar lastig te vinden dat er ineens een hotelgast binnenkwam die een sleutel moest en die in het Engels vragen stelde over fietsen die mee naar de hotelkamer moeten en of ontbijtjes inbegrepen zijn enzo.
Nadat ik mijn fiets in de mini-lift had geperst (kan best als je 'm gewoon verticaal er in en weer uit rijdt) en even had opgefrist op het eveneens brakke hotelkamertje, stapte ik rond 15:00 uur weer de deur uit op zoek naar een plek voor een late lunch cq. vroeg diner.

Ik kwam terecht in, volgens Google the best restaurant in town, maar volgens mij het raarste restaurant van noord-Spanje. Het leek een soort kantine van een failliete sportclub. Maar als het de eetzaal van een aangrenzend bejaardentehuis bleek te zijn was ik ook niet verbaasd geweest. Er zaten hier namelijk alleen maar bejaarden*, allemaal mannen, die in groepjes aan tafels luidruchtig zitten te klaverjassen (met enkele toeschouwers er omheen, leunend op hun wandelstok). Er waren hier alleen maar kalende of grijze hoofden aanwezig, met brillen op met jampotglazen (ik zag zelfs zo'n montuur als in de film 'Up') en gehoorapparaten, beige spencers over geblokte overhempjes met dikke buiken erin, allemaal druk bezig met kaartspelen. Ook het meubilair ademde bejaardentehuis. Op de televisie boven de bar na, die schalde dan weer onbeduidende Spaanse praatprogramma's en reclameblokken de ruimte in. En dat deed dan toch weer een beetje op een sportkantine lijken.

Ondanks de hoge Google-ranking waren mijn verwachtingen van het eten laaggespannen, want het restaurant bij mijn hotel, de kebaptent waar ik langs liep, het grillrestaurant, de voetbalpub en de tapastent zagen er allemaal ook niet bepaald florissant uit evenals de recensies. Maar ik ging ervoor. De cravings voor groenten waren waanzinnig, dus ik bestelde de salade van het huis en de paddenstoelenkroketten die tussen de tapas op de menukaart staan. En een glas bier erbij zodat ik niet uit de toon viel bij de rest van de gasten hier.

Hoe het allemaal smaakte? Verrassend goed! En ik vermaakte me bovendien kostelijk tijdens dit nieuwe avontuur.
*Later zocht ik nog eens op of de naam van dit restaurant ook nog een betekenis had: 'Hogar Jubilado' vertaalt zich dus gewoon naar bejaardenhuis. Haha! Ik heb gewoon zitten eten in de kantine van het bejaardentehuis! Onbetaalbaar.
Na de lunch maakte ik nog een wandelingetje door dit kleine, uitgestorven plaatsje Mequinenza. De wind waaide nog wat harder en ik zag wat van de wolken waarvan ik vermoedde dat ze mijn fietstocht van morgen zouden verpesten. Via de supermarkt keerde ik terug naar het brakke hotelletje waar ik nog even in het open raam heb zitten zonnen met m'n luisterboek.
